Opwarmtoeslag

De opwarmtoeslag wordt bepaald per vierkante meter vloeroppervlak. Voor de versie van 2012 geldt dat alle oppervlakken (inclusief meubilair en exclusief ramen en deuren) worden meegeteld. De beklede oppervlakken tellen dan voor 70% mee. Niet steenachtige oppervlakken worden niet meegeteld.

 

 

isso.gif

WV,WB

ISSO Publicatie 51 (2017), paragraaf 4.8.4

Specifieke toeslag voor bedrijfsbeperking

ISSO51-digitaal | ISSO53-digitaal

 

 

 

isso.gif

WV,UB

ISSO Publicatie 53 (2017), paragraaf 3.7

ISSO Publicatie 57 (2017), paragraaf 3.8

Toeslag voor bedrijfsbeperking

ISSO53-digitaal | ISSO57-digitaal

 

 

 

Bedrijfswijze

[keuze] WV
Deze keuze geeft aan of er een specifieke toeslag voor bedrijfsbeperking van toepassing is:

      Continu; er vindt een continu bedrijf plaats, zodat er geen opwarmtoeslag in rekening wordt gebracht. Om deze reden vindt er geen bedrijfsbeperking, zodoende geen specifieke toeslag op het warmteverlies plaats;

      Nachtverlaging; Wanneer de installatie periodiek op nachtverlaging gezet wordt, moet er een specifieke toeslag op het warmteverlies berekend worden, zodat het gebouw binnen een bepaalde tijd kan worden opgewarmd. Deze nachtverlaging kan via een wizard utiliteitsbouw, woningbouw of via een eigen waarde ingevoerd worden.

Bepaling volgens

[keuze en W/m² vloer] WV2017
Hier geef je aan met welke methodiek de specifieke opwarmtoeslag berekend moet worden. Deze invoer is afhankelijk van het feit of de ruimte een woning- of utiliteitsbouw betreft. Voor meer informatie, zie Opwarmtoeslag.

      Indien het een ruimte woningbouw betreft, wordt er gerekend met een wizard gebaseerd op ISSO 51, paragraaf 4.8.2;

      Indien het een ruimte utiliteitsbouw met vertrekhoogten tot 4 meter betreft, wordt er gerekend met een wizard gebaseerd op ISSO 53, paragraaf 4.8.1 en 4.8.2;

      Indien een ruimte hoger dan 4 meter voor industriegebouwen, vides en atria betreft, wordt er gerekend gebaseerd op ISSO 57. Volgens ISSO 57 geldt er voor industrie geen z-fractie en dient voor de opwarmtoeslag een eigen waarde ingevuld te worden conform bijlage E uit ISSO 57.

Type afkoeling

[keuze] WV2017
Indien bij de opwarmtoeslag invoer voor een wizard is gekozen, wordt een type afkoeling gevraagd. Er kan beperkte afkoeling of vrije afkoeling ingesteld worden. Dit heeft invloed op de manier hoe de Nachtverlaging ingesteld kan worden.

Luchtwisselingen

[keuze] WV2017
Hierin wordt voor ISSO 53 het aantal luchtwisselingen tijdens de afkoelperiode ingevuld. Er kan gekozen worden tussen 0,1- en 0,5-voudig.

Nachtverlaging

[keuze] WV2017
Indien bij de opwarmtoeslag invoer voor een wizard is gekozen, wordt er een nachtverlaging gevraagd. Dit is het aantal graden Celsius verschil tussen het dagbedrijf en nachtbedrijf van de installatie. Voor utiliteit kan deze nachtverlaging ook op basis van aantal uur ingevuld ingesteld worden. Zodoende kan de nachtverlaging ook voor een dagelijkse en een meerdaagse bedrijfsbeperking (buiten werktijd verlagen van de binnentemperatuur) in ons model opgenomen worden. Dit is mogelijk wanneer bij Type afkoeling gekozen is voor vrije afkoeling.

Opwarmtijd

[keuze] WV2017
De tijd, onder ontwerpcondities, vanaf het moment van inschakelen van de installatie na een periode van bedrijfsbeperking tot het moment dat de temperatuur behorende bij PMV = -0,5 bereikt is. De te kiezen waarden zijn afhankelijk van de gekozen ISSO onder Bepaling volgens en het Type afkoeling.

Massa van machines, apparatuur en opslag

[kg] WV2017
Voor de ISSO 57 is het nodig de massa van de machines, apparatuur en opslag in de ruimten op te geven. Samen met de Soortelijke warmte van machines, apparatuur en opslag bepaalt dit de opwarmtoeslag in een berekening volgens ISSO 57.

Soortelijke warmte van machines, apparatuur en opslag

[J/(kg.K)] WV2017
Voor de ISSO 57 is het nodig de soortelijke warmte van de machines, apparatuur en opslag in de ruimten op te geven. Samen met de Massa van machines, apparatuur en opslag bepaalt dit de opwarmtoeslag in een berekening volgens ISSO 57.

Toeslag koude materialen

[W] WV2012
Voor ruimten bevattende utiliteitsbouw hoger dan 5 meter moet de interne massa (machines en producten) zelf worden bepaald. Voor de berekening van deze specifieke toeslag met betrekking tot niet-optimaliserende regeling, zie ISSO 57 paragraaf 3.4.1.2.

Bepaling volgens

[keuze en W/m²] WV2012
Hier geef je aan met welke methodiek de specifieke opwarmtoeslag berekend moet worden. Deze invoer is afhankelijk van het feit of de ruimte een woning- of utiliteitsbouw betreft. Voor meer informatie, zie Opwarmtoeslag.

      Indien het een ruimte woningbouw betreft, wordt er gerekend met een wizard gebaseerd op ISSO 51, paragraaf 4.4.4;

      Indien het een ruimte utiliteitsbouw betreft, wordt er gerekend met een wizard gebaseerd op ISSO 53 bijlage E;

      Indien hier voor een eigen waarde gekozen wordt, kan men de wizard omzeilen door een eigen specifieke opwarmtoeslag in te voeren.

Gebouwmassa

[keuze] WV2012
Indien bij de opwarmtoeslag invoer voor utiliteit is gekozen, wordt er een globale gemiddelde gebouwmassa gevraagd.

      Licht voor lichte gebouwmassa’s zoals houtskeletbouw

      Middelzwaar voor middelzware gebouwmassa’s zoals metaal en glas

      Zwaar voor zware gebouwmassa´s zoals beton, metselwerk en andere soorten steen.

Nachtverlaging

[°C] WV2012
Indien bij de opwarmtoeslag invoer voor een wizard is gekozen, wordt er een nachtverlaging gevraagd. Dit is het aantal graden Celsius verschil tussen het dagbedrijf en nachtbedrijf van de installatie. Deze nachtverlaging kan dagelijks en meerdaags ingesteld worden, zodoende kan de nachtverlaging ook voor een dagelijkse en een meerdaagse bedrijfsbeperking (buiten werktijd verlagen van de binnentemperatuur) in ons model opgenomen worden.

Opwarmtijd

[uren] WV2012
De tijd, onder ontwerpcondities, vanaf het moment van inschakelen van de installatie na een periode van bedrijfsbeperking tot het moment dat de temperatuur behorende bij PMV = -0,5 bereikt is.

Weegfactor interne massa

[keuze en factor] WV2012
Hier kan een factor worden opgegeven, waarmee extra accumulerend oppervlak ten gevolge van interne massa voor het opwarmen wordt meegenomen. Voor utiliteitsgebouwen behalve winkelgebouwen, bibliotheken en archiefruimten is de weegfactor 0. Deze factor wordt vermenigvuldigd met het vloeroppervlak. Zie tabel 4.6 van ISSO 53. Hieronder is deze tabel te vinden met de richtwaarden van de weegfactor.

Omschrijving

cm[-]

Winkel met vooral textiel, stoffen en kleding

0

Supermarkt, drankenhandel, winkel met aardewerk, glaswerk en dergelijke

1

Winkel met metaalwaren, gereedschappen etc.

1

Bibliotheek

0,5

Overige winkelbedrijven

0,25

Archiefruimten*)

1,5

*) Veelal is er in deze ruimten volledige klimatisering gericht op het behoud van de opgeslagen producten.

Tabel 11: Richtwaarden weegfactor interne massa