Om een installatie te verwijderen selecteert u de gewenste installatie en klik vervolgens op de knop [Verwijderen]. De functie verwijderen is ook verwerkt in het contextmenu. Op de desktop verkrijgt u deze met behulp van de rechtermuisknop.
U krijgt altijd een melding ter controle. Zo wordt voorkomen dat u per ongeluk een installatie verwijderd.
Voorts kunt u ook een melding krijgen dat de installatie niet verwijderd kan worden. De installatie is dan gekoppeld aan één of meerdere sectoren (zie stap 4). Daarnaast kan de installatie ook zijn gebruikt in een maatregel (zie stap 7).
Als u de installatie toch wilt verwijderen, moet u de betreffende koppelingen eerst ongedaan maken. Dit kan door de betreffende sectoren aan een andere installatie te koppelen en door de installatie uit de varianten en de maatregelen te verwijderen.